Recensie

In zijn nieuwe boek De Nieuwe Democratie pleit Willem Schinkel voor ideologische vernieuwing van Nederland. Een welkom voornemen, maar de voorstellen die hij doet lossen de problemen die Nederland heeft niet op, sterker ze verergeren die.

Volgens Schinkel verkeert Nederland in een energiecrisis. Dat is meer dan een crisis van natuurlijke grondstoffen, het is een crisis van geestelijke grondstoffen. Het denken is verstard: Nederland mist vernieuwende ideeën en een revolutionaire geestdrift. En Schinkel wil dat bieden zijn boek. Een korte boekbespreking kan geen recht doen aan de ambitie van het boek. Daarom kies ik ervoor om een specifiek voorbeeld uit te lichten om zo de vernieuwende ideeën van Schinkel te wegen.

Schinkel stelt voor de Raad van State te ontdoen van zijn rechtsprekende en bestuurlijk-adviserende functies en een agenda-zettende functie te geven. Schinkel stelt dat de media (en daarmee de markt) bepaalt wat er in de Kamer wordt besproken. Volgens hem moet de Raad van State gevuld worden met kunstenaars, wetenschappers en religieuze leiders die zo voorstellen kunnen doen voor de agenda van de Tweede Kamer.

Zo bieden ze een tegenwicht voor de macht van de media om de agenda van de Tweede Kamer te bepalen. Dit is een bijzonder raar voorstel en wel om twee redenen: het onderschat welke rol de Raad van State speelt als tegenwicht van populistische politiek; en het overschat de rol van de media als agenda-zetter.

Bewaker van grondrechten

De Raad van State heeft onder anderen de functie om de regering te adviseren of wetten deugdelijk, grondwettelijk en uitvoerbaar zijn.(1) Schinkel stelt voor deze functie over laten aan de ambtenarij. Een onderschatting van het belang van deugdelijk advies over wetgeving. Tijdens de laatste kabinetsperiode stonden de Raad van State en het gedoogkabinet-Rutte regelmatig tegenover elkaar. Dit kabinet had een uitermate rechtse agenda zeker op het gebied van integratie, immigratie en Islam. De Raad van State was een tegengewicht tegen de populistische politiek van symboolmaatregelen en het uitsluiten van mensen.

Zo gaf de Raad van State een kritisch advies tegen het boerkaverbod. De Raad van State had principiële en praktische bezwaren tegen zo'n verbod: het beperkt de keuzevrijheid van mensen te dragen wat ze willen. Het wetsvoorstel doet dit onder meer om de veiligheidsgevoelens van mensen te vergroten. De subjectieve veiligheidsgevoelens van mensen zijn geen grond zijn voor een algemeen verbod, aldus de Raad van State.

Het doordachte, genuanceerd advies van de Raad van State is een welkom tegengeluid in een tijd dat een vrijheidspartij de vrijheden van mensen wil beperken en de onderbuikgevoelens zwaarder lijken te tellen in de politiek dan de principes van rechtsstaat of de feiten die volgen uit wetenschappelijk onderzoek. Wat Nederland nu volgens mij meer dan ooit nodig heeft zijn mensen die tegenwicht kunnen bieden tegen een regering die met de kleinst mogelijke meerderheid de rechten van minderheden wil opgeven.

Ik zou bijna zeggen: versterk de rol van de Raad van State om de regering niet alleen een zwaarwegend advies te geven over de kwaliteit van wetgeving maar de regering ook haar huiswerk opnieuw te laten maken, als zoals in het geval van het boerkaverbod het voorstel onder de maat is: een opschortend veto-recht voor het meest eminente college van juristen van Nederland.

De dans tussen media en politiek

Schinkel wil deze functie van Raad van State uitkleden en in plaats daarvan de Raad van State vullen met wetenschappers religieuze leiders en kunstenaars die mede de agenda van de Tweede Kamer kunnen bepalen. In de ogen van Schinkel is de Tweede Kamer een debatvereniging die onderwerpen bespreekt die in het nieuws zijn. Dat nieuws wordt nu bepaald door commercieel ingestelde kranten en omroepen. 

Maar de Kamer is niet zomaar een debatclub: zij controleert de regering en maakt wetten. Als de regering steken laat vallen, pikken de media dat op: als de regering een incident verkeerd aan heeft gepakt dan zal de media daarover rapporteren, ook als de overheid niets kon doen om een incident te voorkomen, omdat zij daar de middelen niet heeft, zal de media daar bericht van doen. Dat lijkt misschien op incidentgedreven politiek: politiek die zich alleen maar laat voordrijven op de golven van mediahypes. Maar dat onderschat de rol van politici. It takes two to tango. Een politicus zal altijd dat nieuws uit kiezen om vragen over te stellen of initiatieven over te nemen, dat past in zijn verhaal. Een artikel over de misstanden in de bio-industrie zal leiden tot een Kamervraag van een GroenLinks-Kamerlid en niet van een VVD-Kamerlid.

En de Kamer reageert niet alleen maar op wat er in de krant staat. Kamerleden gaan met liefde het land in om de hand te kunnen schudden van ondernemers en onderwijzers - immers dat zijn potentiële kiezers en zo'n werkbezoek kan altijd worden gebruikt als voorbeeld in een betoog. Kamerleden krijgen zoveel e-mails van burgers dat er speciale afdelingen zijn in Kamerfracties om die vragen te beantwoorden en door te spelen. En de wetenschap staat niet aan de zijkant: een goed proefschrift of zelfs een scriptie kan best een Kamervraag opleveren.

Kortom: welk probleem wil Schinkel eigenlijk oplossen? De Kamer is nog nooit zo responsief geweest op de noden van burgers als nu, laat wetenschappelijk onderzoek zien. De media zijn een belangrijke bron van informatie voor Kamerleden, maar lang niet de enige, daarnaast Kamerleden zijn geen willoze wezens die meegaan met iedere mediahype, ze selecteren vaak die berichten die passen bij hun eigen verhaal. En groot deel van het Kamer werk is niet debatteren over maatschappelijke onderwerpen, maar wetten maken en begrotingen goedkeuren.

Het specifieke voorbeeld van de Raad van State laat zien dat Schinkel onderschat wat het politieke handwerk eigenlijk inhoudt: de Kamer is geen praatsociëteit. Zij is medewetgever en controleert de regering. In tijden van populistische politiek, heeft de Kamer de huidige Raad van State die wetten controleert op hun kwaliteit en grondwettelijkheid, meer dan nodig.

Voetnoten 

1 Daarnaast is zij de hoogste rechter in het bestuursrecht, bijvoorbeeld voor milieuzaken en asielzoekers. Ik ben het eens met Schinkel dat dit beter bij de Hoge Raad kan worden ondergebracht.